Moeite om die 10.000 stappen te halen? Niet nodig, dit is het ideale aantal

Hoewel de wetenschap het er nog niet over eens is of die 10.000 stappen per dag nu echt de gouden standaard moet zijn, proberen veel mensen dit doel toch dagelijks op hun stappenteller te halen. Uit onderzoek blijkt dat er zeker voordelen hangen aan de 10.000 stappen per dag, maar dat het niet per se voorkomt dat je aankomt. Hoe zit dat?

Niet afvallen, wél bewegen

In een onderzoek werden 120 eerstejaars studenten van de Brigham Young University (BYU) gevolgd. Zes maanden lang liepen zij 10.000, 12.500 of 15.000 stappen per dag. Het resultaat? Iedereen kwam gemiddeld 1,4 kilo aan, ongeacht het aantal stappen. Volgens onderzoeker Bruce Bailey is dat logisch: alleen bewegen is vaak niet genoeg om af te vallen. Wat je eet en hoe intensief je beweegt, telt minstens zo zwaar. Toch is wandelen absoluut de moeite waard. De studenten die het meeste liepen, bewogen ruim een uur extra per dag en hadden minder last van stilzitten. Wandelen levert duidelijke gezondheidsvoordelen op.

Nieuwere studies bevestigen dat beeld: alleen stappen zetten heeft vaak weinig invloed op je gewicht. Pas als je stevig doorloopt en ook op je voeding let, zie je verschil op de weegschaal.

Toch loont het om te bewegen

Laat dat je vooral niet ontmoedigen, want wandelen doet een hoop goeds. De studenten die 15.000 stappen per dag haalden, kregen bijna een uur extra beweging en zaten minder stil, iets wat direct positieve effecten heeft op je hart, humeur en energie. Recente onderzoeken tonen zelfs aan dat je niet eens 10.000 stappen hoeft te halen om daar profijt van te hebben. Zo blijkt uit ander onderzoek dat oudere vrouwen die slechts 4.400 stappen per dag zetten al een lager risico hadden om vroegtijdig te overlijden dan vrouwen die minder actief waren.

Een andere studie toont aan dat ongeveer 7.000 stappen per dag vaak al genoeg is om het risico op hart- en vaatziekten en vroegtijdige sterfte flink te verlagen. Boven die grens blijven de voordelen bestaan, maar nemen ze iets af. Kortom: meer lopen is goed, maar het hoeft niet eindeloos veel te zijn.

Het tempo maakt verschil

Het gaat niet alleen om hoeveel stappen je zet, maar vooral hoe je ze zet. Loop je in een stevig tempo (ongeveer 100 stappen per minuut of meer) dan ben je al matig intensief aan het bewegen. Versnel je naar zo’n 130 stappen per minuut, dan geldt dat zelfs als krachtig bewegen. Dat sluit perfect aan bij de beweegrichtlijnen: zo’n 150 minuten per week matig intensief bewegen (of 75 minuten flink doorstappen) is al genoeg om je gezondheid een flinke boost te geven.

Met andere woorden: liever een kort, pittig blokje om waarbij je hartslag omhooggaat, dan urenlang slenteren zonder echt tempo. Je lichaam heeft meer aan die krachtige minuten dan aan eindeloos langzaam stappen.

Volg je Runner's World al op Instagram, TikTok, Strava en Facebook?