Bekaf en het besef dat je nog 100km te gaan hebt in de UTMB
In het hart van de Alpen scherpt onze Britse Runner's World-collega Joe Mackie zijn trailtechniek aan én proeft hij het beste dat de UTMB te bieden heeft. Een zomerverhaal in vijf delen. Dit is het vierde deel.
Lea Kurth

Maandag las je in het begin van Joe Mackies verhaal over zijn ervaringen tijdens een trailrunning-clinic van Arc'teryx Alpine Academy. Joe spreekt van de 'mooiste trailrun-ervaring van zijn leven'. Dit is het vierde deel van dit fijne zomerverhaal:
...ik zou willen dat dit voor altijd doorging, maar na zo’n tien kilometer op dit prachtige hooggelegen pad boven de Val Ferret beginnen we aan de afdaling. In nog geen kilometer dalen we meer dan 300 meter, wat een flinke test is voor onze techniek op de steile paden. De trail duikt slingerend de bossen in, bezaaid met wortels en stenen die we in hoog tempo moeten ontwijken. Mijn afdaaltechniek zal Kilian Jornet niet wakker houden, en ik word dan ook ingehaald door een paar groepsgenoten. De angst voor een gebroken sleutelbeen zorgt ervoor dat ik afrem, en mijn bovenbenen krijgen het zwaar te verduren in deze strijd met de zwaartekracht. Maar leuk is het zeker. Korte versnellingen, net-niet-valpartijen, een misstap hier en daar – het gevoel van risico en de volle concentratie zorgen voor een constante adrenalinepiek tot we beneden in de vallei aankomen. We hergroeperen, checken of iedereen nog heel is, wisselen glimlachen uit en lopen dan richting Chalet Val Ferret, waar mijn gnocchi op me wacht.
Hoe heerlijk het daar ook is, dit was eigenlijk niet de bedoeling als eindpunt van onze dag. Oorspronkelijk zouden we hoger de bergen in gaan en overnachten in een berghut. Maar tijdens zijn verkenning ontdekte Hagen dat de hogere paden voor ons onbegaanbaar waren door een late sneeuwval dit seizoen. Daarom keren we na de lunch terug naar Courmayeur. Ongetwijfeld iets minder avontuurlijk, maar een warme douche en herstelmaaltijd in de vorm van een koud biertje en Italiaanse pizza maken een hoop goed.
Na de stralende zon van dag één worden we op dag twee wakker onder een dreigend grijze lucht. Er is onweer op komst, dus we vertrekken eerder dan gepland om nog wat kilometers te maken voordat de omstandigheden te zwaar worden. Aangesterkt door cappuccino steken we de gezwollen Dora Baltea-rivier over, passeren het dalstation van de Skyway-kabelbaan van Courmayeur en pikken de Tour du Mont Blanc-trail weer op. We beginnen direct met klimmen, omhoog door het bos.
Het is vandaag een stuk koeler; mistige lucht prikt op de huid en de zon laat zich niet zien. Maar de klim is nog steiler dan gisteren, met hoge traptreden, boomwortels en rotsen waar we ons overheen moeten trekken – dus al snel verdwijnen de extra lagen weer in de rugzak. De lucht hangt zwaar van de naderende bui, maar tegen de tijd dat we het bovenstation van de Dolonne-skilift bereiken, op zo’n 1700 meter hoogte, ben ik de regen al voor geweest: compleet doorweekt, maar dan van mijn eigen zweet. Zodra ik stilsta, grijpt de koude berglucht mijn natte lichaam, en ik wil maar één ding: weer in beweging komen.
We klimmen nog eens zo’n 300 meter, nu boven de boomgrens, over de open berghelling. De verlaten skiliften ogen extra desolaat in het grauwe licht voor de storm. Er zijn vandaag geen wandelaars te bekennen – niemand die zin heeft om zijn Gore-Tex op de proef te stellen – en de stilte om ons heen contrasteert sterk met de levendigheid van de trail gisteren.
Bij korte rustpauzes zien we de afstandsbordjes van de UTMB, en ik moet denken aan de lopers die dit parcours in veel zwaardere omstandigheden afleggen. Mijn benen zijn inmiddels flink vermoeid als ik het bordje KM76 bij Checrouit Maison Vielle zie staan – en ik probeer me voor te stellen hoe het zou voelen om op dit punt te zijn, wetende dat je dan nog 100 kilometer te gaan hebt.
Het is best een nederig makend besef, maar er is weinig tijd om erbij stil te staan – onze pauzes zijn vandaag veel korter. Er is geen tijd om stil te blijven staan en van het uitzicht te genieten – dat zich sowieso niet meer laat zien – en Hagen is gefocust: hij wil ons vóór de storm veilig terug beneden krijgen, weg van de hogere, open delen waar het weer ons echt zou kunnen verrassen. Zodra we afdalen van de open hellingen en een prachtig bospad in duiken dat zich slingerend door de bomen kronkelt, zie je hem zichtbaar ontspannen.
Volg je Runner's World al op Instagram, TikTok, Strava en Facebook?