Waarom korte versnellingen na een rustige duurloop?

Update: 14 juni om 00:00

De versnellingen zijn kort, maar krachtig en hebben een heleboel voordelen.

korte versnellingen na duurloop

Sommige coaches laten hun lopers aan het einde van een rustige duurloop nog een paar korte versnellingen doen. Deze versnellingen worden ook wel strides genoemd: een korte interval die niet intensief genoeg is om het echt een sprintje te noemen. Maar wat is precies het nut hiervan? We zochten het voor je uit.

Wat zijn strides?

Een stride is een korte, stevige versnelling van ongeveer 15 tot 30 seconden. Je loopt het op een vlot en gecontroleerd tempo, zonder dat het als een sprint voelt. Vermoeiend is het niet, al voel je het wel licht in je spieren.

Tijdens de korte versnelling focus je vooral op je looptechniek; rechte houding, hoge knie-inzet, korte grondcontacttijd en actief de armen meenemen. Daarna vertraag je je tempo en loop je rustig verder om te herstellen en op adem te komen voor de volgende stride.

Wat zijn de voordelen van strides?

Strides kunnen je looptechniek verbeteren. Je activeert namelijk de spieren die je tijdens het hardlopen nodig hebt, waardoor je gemakkelijker in een goede houding loopt. Dat verbetert je loopefficiëntie, helpt om je paslengte te verlengen en verkleint de kans op blessures.

Het biedt dus veel voordelen zonder dat je zware intervaltrainingen hoeft te doen. Bovendien is het een goede manier voor beginnende hardlopers om snelheid op te bouwen en hun grenzen te verleggen. Je kunt strides uitvoeren tijdens je lange duurloop, voor je intervaltraining én aan het einde van een rustige duurloop.

Korte versnellingen na een rustige duurloop

Voeg je korte versnellingen toe na een rustige duurloop? 'Dan is dit een slimme manier om je snelheid en looptechniek te trainen zonder dat je er een zware intervalsessie van maakt. Ze zorgen voor een hogere pasfrequentie en activeren je spieren op een efficiënte, blessurevriendelijke manier', aldus atleten en hardloopcoaches Tom de Gelder en Famke Heinst van T&F Running. Zij voegen na een rustige duurloop een paar korte versnellingen van 20 tot 30 seconden toe. 'Zo verbeter je je loopefficiëntie en snelheid met minimale hersteltijd.'

Hoe pak je het aan? Voeg de korte versnellingen toe na een rustige duurloop van ongeveer drie kwartier tot een uur. Begin met versnellingen van 20 seconden en bouw dit geleidelijk op tot maximaal 30 seconden. Tussen de versnellingen door neem je een wandel- of dribbelpauze van ongeveer een minuut. Herhaal dit drie tot zes keer.

Volg je Runner's World al op InstagramTikTokStrava en Facebook?