Cherono verplettert eigen parcoursrecord in Amsterdam Marathon

Kenenisa Bekele moest vlak voor de finish uitstappen.

© FOTO: ANDY ASTFALCK

TCSAM18_Cherono_AndyAstfalck-1326x796.jpg

Lawrence Cherono verpletterde zondag zijn eigen parcoursrecord in de Amsterdam Marathon. De 30-jarige Keniaan, vorig jaar ook de winnaar, bracht een tijd van 2.04.06 op de klokken.

De kopgroep van de mannen ging snel van start en kwam na 5km door in 14.34. Met een temperatuur van 11 graden bij de start en een lichte wind uit het zuid-oosten waren de omstandigheden uitstekend. Op de terugweg uit Ouderkerk aan de Amstel was er rugwind voor de lopers.

De eerste hazen verdwenen al snel uit de wedstrijd. Edwin Kiptoo stond als enige de koplopers tot 29km bij. Niettemin bleef het tempo voortdurend hoog. Halverwege kwam de kopgroep door in 1.02.11, veertig seconden sneller dan Cherono in 2017. Maar de Keniaan wist vorig jaar de tweede helft van de marathon 33 seconden sneller af te leggen dan de eerste. De vraag was of hij of zijn concurrenten daar dit keer ook toe in staat zouden zijn.

Veel werd verwacht van Kenenisa Bekele, die zichzelf na enkele minder geslaagde marathons weer eens wilde laten zien en steeds voorin de kopgroep liep. Kort na het 30km-punt raakte hij echter achterop en kort voor de finish stapte hij uit. Debutant Jonathan Korir joeg de groep op, maar moest die overmoed even later bekopen. Uiteindelijk bleven Cherono, Mule Wasihun en Solomon Deksisa over aan de kop van het veld.

Vijf kilometer voor de finish leken ze de eindsprint al te hebben ingezet. In het Vondelpark maakte Cherono zich los van de Ethiopische concurrentie. Hij finishte met een verbetering van zijn parcoursrecord en p.r. van 2.05.09 met meer dan een minuut. Ook Wasihun (2.04.37) en Deksisa (2.04.40) bleven onder het oude record.

De tijd van Cherono is de snelste tijd ooit in Nederland gelopen op de 42km. Het parcoursrecord in Rotterdam staat met 2.04.27 sinds 2009 op naam van Duncan Kibet. Dit jaar werd er wereldwijd alleen in Dubai en uiteraard in Berlijn (het wereldrecord van 2.01.39 van Eliud Kipchoge) sneller gelopen.

Ronald Schröer leek zich in de eerste kilometers aan te sluiten bij de groep met Michel Butter en Edwin de Vries, die niet uit waren op een snelle tijd, maar streden om de Nederlandse titel. Schröer koos echter al snel zijn eigen tempo en had na 10km een halve minuut voorsprong op zijn landgenoten.

Maar in het laatste kwart van de race bracht de Belg Stijn de Vulder (hij zou met 2.16.57 een p.r. lopen) Butter en De Vries terug bij Schröer, die kramp kreeg en niet op het podium kwam. Butter won, ondanks stevige kramp in de hamstrings in de laatste kilometers, in 2.17.18, De Vries kwam zes seconden later over de streep en Gert-Jan Wassink werd met 2.18.44 derde.

Velen keken uit naar het debuut op de marathon van Meseret Defar, die op de baan bijna alles al heeft gewonnen. Ze startte relatief rustig en ging niet mee met de eerste groep vrouwen. Uit die groep kwam Tadelech Bekele als winnares tevoorschijn met een tijd van 2.23.14. Tot halverwege leek ook hier het parcoursrecord (2.21.09 van Meseret Hailu in 2012) binnen bereik, maar in de laatste fase verloren de vrouwen veel tijd. Dat gold ook voor Defar die na 1.11.24 halverwege in 2.27.25 achtste werd.

Bij de Nederlandse vrouwen leek Jacelyn Gruppen Miranda Boonstra te gaan verrassen in de strijd om het kampioenschap. Gruppen kreeg echter een inzinking en stapte uit. Boonstra was met 2.42.07 de eerste Nederlandse. Patricia Schreurs (2.49.01) en Marije Geurtsen (2.53.34) wonnen de beide andere medailles.

Tekst: Cors van den Brink