Berlijn in plaats van Bier
Nick Klaessens overwon zijn drankverslaving en loopt straks in Berlijn zijn eerste marathon.
© Andy Astfalck

Berlijn in plaats van bier
1 jaar geleden ging het niet zo goed met me. Of beter gezegd: het ging zwaar klote. Ik was diepgegaan voor mijn debuutroman Alles rustig? Schulden gemaakt, mezelf geïsoleerd van de wereld om me heen en vanwege onzekerheid, stress en onverwerkte dingen van vroeger zette ik het op een zuipen. Veel. Elke dag. De zalige roes die alcohol me ooit bracht, maakte plaats voor vraatzucht en een onzalig schuldgevoel. Omdat ik de mensen die ik liefhad (en heb) van me af aan het duwen was. Deze donkere periode was al een dik jaar gaande toen ik besloot om me aan te melden voor een intakegesprek bij verslavingsinstelling Jellinek. Zij beoordeelden mijn situatie als ernstig genoeg voor een behandelingstraject van veertien weken. Er was wel nog een wachttijd van vier tot twaalf weken. In die periode ging het echt van kwaad tot erger. Ik zag het niet meer zitten. Als freelance journalist had ik geen klussen (logisch aangezien ik niet bepaald mijn best aan het doen was) en daarmee ook geen geld.
Eliud Kipchoge interviewen
En toen ergens begin september werd ik gebeld door Runner’s World. Of ik Eliud Kipchoge kon interviewen. De Keniaan zou een paar weken later in Berlijn wel eens het vier jaar oude wereldrecord op de marathon kunnen gaan breken. Het interview moest niet over hardlopen gaan, dat verhaal was wel bekend bij de lezer. Nee, we zouden het moeten hebben over zijn passie, drijfveren en wat de Filosoof zoal leest. Zonder nadenken zei ik ja tegen de opdracht. En dat terwijl ik nauwelijks wat met hardlopen had. In 2014 liep ik de Dam tot Damloop, na afloop riep ik nooit meer zoiets te doen.
Een kater tijdens interview met Eliud Kipchoge
Zondag 16 september zag ik – met een koud blik bier onder handbereik – op tv hoe Eliud Kipchoge geschiedenis schreef. Hij liep met een tijd van 2.01.39 een onwaarschijnlijk wereldrecord. Twee dagen later keek ik mijn leeftijdsgenoot recht in diens kraakheldere ogen. Het was een stroef gesprek, wat grotendeels aan mij en mijn kater lag. Toch was ik onder de indruk van deze geweldenaar. Door zijn prestaties natuurlijk, maar bovenal door de innerlijke rust die Kipchoge uitstraalde. ‘Geloof in jezelf en grenzen zullen verdwijnen,’ zei hij als toevoeging op zijn gevleugelde motto ‘No Human is Limited.’ Als amateurfilosoof dacht ik er zelf bij: ‘A human is only limited by himself’.
De tijd kroop nog even in slow motion en vol drama voort richting eind 2018. Op 1 november had ik voorlopig mijn laatste biertje gedronken en rond kerst belde mijn goede vriend Gijs: ‘Loop je anders met mij de halve marathon van Amstelveen? Die is pas 24 maart, dan heb je een reden om je huis uit te komen en te trainen.’ Ik vond het zo’n briljant lief idee dat ik zonder na te denken ‘oké’ zei. Het duurde nog tot 11 februari voordat ik daadwerkelijk hardloopschoenen aantrok om een rondje rond de golfbaan boven Amsterdam-Noord te rennen. Zes kilometer in een redelijk tempo was nog lang geen 21 kilometer, maar het voelde letterlijk als een grote stap. In de weken erna liep ik twee keer per week, steeds wat verder. Al die tijd dronk ik geen druppel alcohol, sliep ik steeds beter en werd ik productiever in mijn werk. Met carnaval stapte ik niet in de trein naar het zuiden, maar liep ik 14 kilometer door de polder. Met Rowwen Hèze in m’n oortjes, dat dan weer wel.
Halve marathon in 1.43.28
De storm in maart gooide mijn voorbereiding op de marathon van Amstelveen danig in de war, maar 24 maart verscheen ik aan de start. Zonder zenuwen en zonder gehoopte eindtijd, al wist Gijs me ’s morgens nog een ‘onder de 2 uur’ te ontfutselen. Mijn zusje kwam kijken, dat gaf vleugels. Ik had een mixtape samengesteld en bedacht dat wanneer het stukje opzwepende Syrische bruiloftsmuziek ergens langs de Amstel zou spelen, dat ik goed zat. Zulks geschiedde. Ik vond een heerlijk ritme, voelde geen pijn en besloot bij kilometerpaaltje 17 het tempo op te schroeven. Ik kwam binnen op 1.43.28 en het voelde alsof ik nog energie over had. Wie had dat gedacht? Van elke dag uitzichtloos en ver heen, naar een supertijd in Amstelveen.
YouTube-serie Boost 2 Berlin
En zo kwam het dat ik vier maanden na mijn laatste druppel alcohol aan de lunchtafel bij Runner’s World hoorde zeggen: ‘Ik zit te denken aan de marathon van Amsterdam. De hele. Ik woon er nou tien jaar, het lijkt me de perfecte symbolische comeback voor de afgelopen twee kutjaren.’ ‘Dat kun je doen,’ zeiden de mensen van Runner’s World, ‘óf je loopt met ons de marathon van Berlijn.’ Dat zag ik meteen voor me. In de weken erna ontstond er een plan voor de YouTube-serie Boost 2 Berlin. Ondertussen begon ik het hardlopen echt leuk te vinden en verloor ik mezelf in de statistieken van Strava. Lopen voor digitale badges is gezonder voor je lichaam dan lopen naar de koelkast, zullen we maar zeggen. Het mooie van hardlopen is dat je de plek waar je woont opnieuw leert kennen. Om maar te zwijgen van de schare buurtgenoten die je tegenkomt, waaronder de vrouw die steevast ‘Ze hebben ’m al!’ roept in het voorbijgaan. Blijft grappig.
Zo kreeg ik op 30 mei de kolder in de kop toen er pas 181 kilometer op de Strava-teller stond, waar er 200 benodigd waren voor een May Running Distance Challenge-badge. Toch nog even naar buiten gegaan voor die laatste 19 kilometer. Tong op de grond, maar wel een sticker. Begin juni kreeg mijn nieuwe hobby een nieuwe impuls. In het Olympisch Stadion vertelde ik aan mijn nieuwe trainer Bram Wassenaar trots over ‘de tweehonderd in mei’. De 75-jarige coach antwoordde smalend: ‘Dat is wat aan de lage kant, maar daar gaan we aan werken.’ Ik kreeg een A4’tje vol krabbels in mijn hand gedrukt: een persoonlijk trainingsschema tot aan de eerstvolgende baantraining. Ik hield me braaf aan de gegeven tijden, intervallen en tempozones, al mocht ik graag af en toe testen of ik vooruitging qua snelheid en longinhoud. De minuten vlogen ervan af op de 5 kilometer (van 22.07 naar 20.18) en 10 kilometer (van 50.38 naar 47.57).
Sportmedische keuring
De eerste training op de baan, bij Hellas in Utrecht, was next level. Niet in de laatste plaats omdat het de warmste 25 juni ooit gemeten was. Al loop je als een aangeschoten zak aardappelen, je voelt je toch Usain Bolt zodra je je op een echte atletiekbaan begeeft. Vier dagen later onderging ik een sportmedische keuring in Amersfoort. Ik was sinds november negen kilo afgevallen en had nog nooit zo’n test gedaan, dus sowieso megabenieuwd naar de resultaten. Het hartfilmpje zag er normaal uit, net als de BMI, bloeddruk en het vetpercentage. Sportarts Bernard te Boekhorst vertelde dat ik beschikte over een goede inspanningstolerantie en belastbaarheid. ‘Je hebt een zeer goede conditie vergeleken met leeftijdsgenoten en ietsje onder gemiddeld in vergelijking met fanatieke lopers.’
Of er dan ook nog mindere dingen waren, wilde ik weten. Te Boekhorst: ‘Je vetverbranding is zeer slecht ontwikkeld. Daar moet je aan gaan werken. Aan de andere kant ligt je snelheid rond de anaerobe drempel – zeg maar het tempo dat je een uur kan volhouden – veel hoger dan passend bij de 48 minuten die je nu doet over de 10 kilometer. Je zou nu al 44 minuten kunnen lopen op die afstand. Ik kan zien dat je de afgelopen maanden vooral op wedstrijdtempo hebt getraind. Omdat je pas dit jaar bent begonnen met hardlopen, is alles wat je doet bevorderlijk voor de resultaten. Maar het zou nog beter gaan als je in Zone 1 – dus langzamer – gaat trainen. Af en toe afwisselen met Zone 3.’
Langzamer lopen
Langzamer lopen bleek een lastigere opgave dan gedacht. Het lopen wordt er niet leuker op als je je constant in moet houden. Maar alles voor dat hogere doel: 42.195 meter lopen in Berlijn. Ik heb al een gedroomde tijd genoemd op camera, dus die kan ik hier prima noemen: 3.45. Wie weet kom ik er 29 september huilend op terug, dat is dan maar zo. Met de trainingen gaat het voorspoedig, de teller staat inmiddels op 750 kilometer, gelopen tussen half februari en eind juli. Had je me dit een jaar geleden verteld, dan had ik je uitgelachen. Nu al zin in die halve liter bier na de eindstreep in Berlijn.
Alcoholvrij, dat dan wel.
Dit artikel stond eerder in Runner's World september 2019. Meer artikelen zoals deze? Neem een abonnement op Runner's World!
Wil jij twee keer per week de beste looptips, motiverende artikelen en fijne winacties ontvangen? Schrijf je dan nu in voor onze nieuwsbrief!