Gregory Sedoc over Uruzgan, de politie en zijn liefde voor de atletiek
Voor Runner's World 10 sprak RW's Peter Klooster uitgebreid met Gregory Sedoc. Een fragment uit het interview.
© Dirk-Jan van Dijk

In 2009 meldt Gregory zich op de militaire vliegbasis Eindhoven, waar hij als dienstplichtig militair met een Hercules naar Uruzgan zal vliegen. Het is het gevolg van zijn deelname aan een topsportprograma van de landmacht, waarbij hij vijftig procent van zijn tijd aan de bak moet als militair en vijftig procent mag trainen.
Gregory Sedoc over zijn uitzending
Net als de andere soldaten wordt topatleet Sedoc door een sergeant uit zijn bed getrommeld voor excercities, appels, wapeninspecties, waarna hij zijn kostbare achillespezen in stugge soldatenkistjes moet schuiven. Formeel zal Gregory in Uruzgan op werkbezoek gaan en kennis maken met sportinstructeurs van de Landmacht. Die zijn op dat moment bezig met de organisatie van een marathon binnen de muren van Kamp Holland.
Die marathon verliep anders dan gepland.
‘Dat klopt. Met een tank werd het startschot gegeven, de regen kwam met bakken uit de hemel. Ik deed niet mee, een marathon lopen stond echt te ver weg van mijn hordetraining. Vanwege het noodweer werd de marathon halverwege stilgelegd, en uitgerekend op dat moment begon de Taliban vanuit het omliggende gebergte met een beschieting. Daarbij kwam Azdin Chadli, een twintigjarige soldaat der eerste klasse, om het leven. Vijf andere militairen raakten gewond. Chadli stond op de plek waar ik vlak daarvoor nog had gestaan. Ik ben echt door het oog van de naald gekropen.’
Is een topsporter wel op zijn plaats in het leger?
‘Achteraf kan ik zeggen dat militaire dienst heel vormend voor me is geweest. Tijdens een oefening bleek dat een veldtelefoon niet werkte. Onze instructeur zei doodleuk dat niemand mocht gaan slapen voordat het apparaat operationeel was. Dat leek een volstrekt onredelijke eis, maar het leverde me een mindset op waar ik nu, bij mijn werk als politieman, nog altijd voordeel van heb. Bij Defensie leer je oorlog voeren, bij de politie leer je de wet handhaven. Mijn beste maat Jelle is politieman, hij heeft net als ik een achtergrond bij Defensie. Hij kan beslissingen voor mij nemen, en ik voor hem. Als hij zegt ‘ga hier linksaf’, doe ik dat zonder aarzelen. We hebben geleerd elkaar blindelings te vertrouwen, dat kan levensreddend zijn.’
Zou je weer naar oorlogsgebied vertrekken?
‘Absoluut. Ik ben twee keer op militaire missie in Kunduz geweest, dat waren ervaringen voor het leven. Bang ben ik daar nooit geweest, wel op mijn hoede. Het kamp was namelijk niet optimaal voorbereid op een aanval, het ontbrak aan een bufferzone om de vijand op te vangen. Iedereen stond op scherp, maar als sportman beschikte ik over het uithoudingsvermogen om dat lang vol te houden. Als militair zit je in een situatie van leven of dood, het is een kwestie van jij of ik.’
Gregory doet het goed in de media. Hij is energiek, oogt goed, is welbespraakt en komt naturel over voor een draaiende camera. Dat gaat terug tot 2008, toen hij in het sportprogramma Holland Sport in een fietsspel uitkwam tegen de wielerprofs Thomas Dekker en Michael Boogerd, die hij nota bene versloeg. Later zal hij aanschuiven bij Pauw & Witteman en hoge ogen gooien in spelshows als Expeditie Robinson en De Slimste Mens.
Tijdens de FBK Games in 2015 treedt hij voor het eerst op als analist bij Studio Sport. Dat doet hij zo goed, dat hij wordt uitgenodigd om dat vaker te komen doen. In datzelfde jaar is televisiekijkend Nederland er getuige van hoe Gregory Sedoc oprecht uit zijn dak gaat als Dafne Schippers goud wint op de WK atletiek.
Wat maakt dat je het zo goed doet op televisie?
‘Atletiek is mijn lust en mijn leven. De mooiste sport die er is, waar ik veel vanaf weet. Het is mijn missie om mijn sport aan de man te brengen. De analyses die ik maak van atletiekprestaties, zijn voor iedereen te volgen. Ik hoop dat dat de doorslag geeft bij mijn televisiewerk. Ik kan spreken uit ervaring en heb veel beroemde sporters de hand mogen schudden, zoals Wilson Kipketer, Ben Johnson, Hicham El Guerrouj, Marlene Ottey, Usain Bolt en Linford Christie. De laatste was absoluut een grootheid in zijn hoogtijdagen, maar nu kent de jeugd hem niet meer. Tijdens mijn analyses probeer ik wat van die namen uit de oude doos te noemen, om het publieke geheugen op te frissen. In 2008 was ik als atleet op mijn hoogtepunt, maar ik werd op straat totaal niet herkend. Nu als tv-persoonlijkheid wel.’
Tekst: Peter Klooster
Dit is een fragment van het uitgebreide interview met Gregory Sedoc in Runner's Word 10.