Is het goed om te gaan sporten na een korte nacht?

Je kijkt op de klok en rekent uit dat je nog 6 uur slaap hebt voordat je moet trainen. De twijfel slaat toe: blijven liggen als die wekker gaat, of jezelf toch maar naar buiten slepen? Wij vroegen aan het experts wat de beste keuze is. Zij gaven aan dat het eraan ligt of je tijd hebt om nog een dutje te doen.

Trainen als je weinig hebt geslapen

Optie 1: Geen tijd voor een dutje…

Dan mag je in bed blijven liggen. We geven je bij dezen toestemming om te snoozen. 'Onderzoek laat zien dat minder met minder dan zes uur slaap – een slaaptekort dus – een grotere kans hadden om een blessure op te lopen,' zegt slaapexpert Robert Rosenberg. En spiergroei en slaaptekort gaan ook niet samen.

Met andere woorden: wil je geen blessures en het maximale halen uit je trainingssessie, dan heb je een goede nachtrust nodig. Vermoeid trainen, gaat niks doen voor je hardloopdoelen. De effecten kunnen zelfs de rest van je dag vernachelen. 'Je zal minder alert zijn en slechter presteren,' zegt slaapspecialist Cathy Goldstein. Dat is niet heel bevorderlijk voor dat grote project dat je nog moet afmaken of eh, autorijden. Bovendien kan een slaaptekort je hongerhormonen activeren. Sporten vergroot dit effect alleen maar, waardoor je geneigd bent nog meer te eten.

Wat je moet doen: Nog een uurtje in bed blijven liggen. Sta je normaal om 8 uur op? Dan mag je vandaag om 9 uur opstaan. Het is belangrijk om een vaste tijd aan te houden wat opstaan betreft, maar een uurtje uitslapen kan geen kwaad. Een uurtje, hè? Geen drie uurtjes.

Optie 2: Wel tijd voor een dutje…

Sta dan vroeg op en ga naar de gym. Zelfs in het weekend, ja. Dat klinkt misschien hard, maar luister: je biologische klok speelt een belangrijke rol in je slaapkwaliteit. De blootstelling aan licht in de ochtend houd je biologische klok op peil. Wanneer je blijft liggen en later dan normaal het eerste zonlicht te zien krijgt, krijgen je hersenen direct het signaal door dat ze ook later naar bed moeten. Hierdoor kom je terecht in een oneindige cyclus waarbij je nooit meer op tijd je nest uit gaat om te lopen. 'Om die reden is het goed om elke dag om een bepaalde tijd op te staan om te gaan sporten,' zegt Goldstein.

Wat je moet doen: Een snelle siësta – niet langer dan een uur, vóór twee uur ’s middags – is je antwoord. Je voelt je daarna weer fris, zonder dat je biologische klok in de war raakt. Zet je wekker, zodat je niet te lang slaapt. Langer dan een uur slapen gaat er voor zorgen dat je later die avond niet kunt slapen.

Chronisch slaaptekort? Doe er wat aan. Verander je prioriteiten. 'In plaats van je training te skippen, skip je vanavond Netflix maar eens,' adviseert Goldstein.