Sporters lopen sneller risico op een zinktekort: waar zit dit eigenlijk in?
Sporters lopen sneller risico op een zinktekort; let op deze voedingsmiddelen voor genoeg zink.
Voordat je zomaar supplementen gaat slikken, is het altijd beter om eerst alle belangrijke stoffen uit voeding te halen. Dat geldt ook voor het belangrijke spoorelement zink. Maar waar zit veel zink in? Uit welke voeding kun je het best zink halen? Dat lees je hier.
Wat eten bij zinktekort?
Zink is een belangrijke voedingsstof en heeft veel voordelen voor hardlopers: het is onder andere belangrijk voor je immuunsysteem, herstel en stofwisseling. De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid zink is 7 mg voor vrouwen en 9 mg voor mannen. Idealiter haal je deze hoeveelheid zink dagelijks uit je voeding voordat je naar een zink supplement grijpt. Denk je dat je mogelijk een zinktekort hebt? Dan is het verstandig om een tijdje goed op je voeding te letten om wat extra zink binnen te krijgen.
Hoe krijg je meer zink binnen?
Zink zit in diverse voedingsmiddelen, met een gezond en gevarieerd voedingspatroon krijg je daarom over het algemeen genoeg zink binnen. Kom je, voor wat voor reden dan ook, niet aan je dagelijkse hoeveelheid zink via voeding, dan kan een zink supplement helpen. Laat je daarbij wel adviseren door je huisarts of voedingsdeskundige. Een teveel aan zink over een langere periode kan namelijk invloed hebben op de opname van koper, wat belangrijk is voor je botten en bindweefsel.
Waar zit veel zink in?
Zink komt in kleine hoeveelheden in veel verschillende voedingsmiddelen voor, zoals graanproducten, kaas, aardappelen en eieren. In deze voeding zitten de grootste hoeveelheden zink:
- vis en schelpdieren (vooral oesters, krab, garnalen en mosselen)
- vlees (vooral rundvlees, varkensvlees, lamsvlees en kalkoen)
- peulvruchten (kikkererwten, linzen)
- veel noten, zaden en pitten (hennepzaad, pompoenpitten, sesamzaad, cashewnoten)
Volg je Runner’s World al op Instagram en Facebook?