Wat zijn strides en hoe voer je ze uit?

Een korte versnelling met groot effect op je looptechniek

© Getty Images - Cavan Images

gettyimages-1203201278

Iedere maandag kun je via het Instagram account van Runner's World al je brandende hardloopvragen insturen. Deze week beantwoorden we de vraag van Marco (@marcovw1210): 'Wat zijn strides, hoe voer je ze uit en welk doel hebben ze?'

Ook een vraag? Houd onze Instagram stories in de gaten en reageer op maandagochtend met jouw vraag. Wie weet vind je binnenkort het antwoord op onze website.

Wat zijn strides?

De term 'strides' komt uit het Engels. Je zou het het best kunnen vertalen naar versnellingen. Het is te kort voor een interval en het is niet intensief genoeg om het echt een sprintje te noemen. Het zit overal tussenin en daarom hebben hardlopers er de term strides voor bedacht.

Hoe voer je strides uit?

Een stride is een stevige versnelling van ongeveer 15 tot 30 seconden. Je hoeft niet maximaal te gaan, maar wel in de buurt daarvan. Probeer vooral te focussen op je looptechniek; rechte houding, hoge knie-inzet, korte grondcontacttijd en actief de armen meenemen. Je hoeft niet voluit te gaan. Als je voor je gevoel op 85-90% van je kunnen loopt, zit je goed.

Een stride is een korte versnelling waar je als het goed is niet heel moe van wordt, maar die je wel een beetje voelt in je spieren. Je spieren worden als het ware een beetje wakker geschud met een stevige tempoversnelling.

Wat is het doel van strides?

Hardlopers voeren strides uit met verschillende redenen, maar het toverwoord hier is 'looptechniek'. Je activeert alle spieren die je nodig hebt bij het hardlopen. Zo loop je dus gemakkelijker met een goede loophouding. Dat zorgt er op zijn beurt weer voor dat je efficiënter loopt en op termijn minder blessuregevoelig bent.

Wanneer doe je strides?

Tijdens je lange duurloop

Strides zijn dus eigenlijk korte versnellingen die je snel even kunt maken zonder dat er veel vermoeidheid in het lijf kruipt. Veel marathonlopers vinden het prettig om regelmatig strides toe te voegen aan hun lange duurlopen. Door elke 10, 20 of 30 minuten even een paar seconden te versnellen haal je je lichaam even uit het ritme. Je schudt je eigen lichaam als het ware even wakker. Als je de inspanning kort houdt, daalt je hartslag snel weer naar de juiste zone. Wel heb je je spieren even geactiveerd. Je zal merken dat je daarna loopt met een net wat actievere houding. Ook mentaal kan het prettig zijn om je lange loop op te knippen in kortere stukken die je steeds afsluit met een kleine versnelling.

Voor je intervaltraining

Een andere moment waarop je strides kan gebruiken is tussen je warming-up en je intervaltraining. Als het goed is loop je even rustig in en doe je wat dynamische rekoefeningen voor je aan een intervaltraining begint. Na het rekken zou je nog wat strides kunnen toevoegen om je lichaam helemaal klaar te maken. Een stuk of drie versnellingen van 20 seconden met tussendoor een minuut rustig wandelen en je bent helemaal klaar om die interval te knallen!

Aan het einde van een rustige duurloop

Ten slotte zou je ook een paar strides toe kunnen voegen aan het einde van een rustige duurloop. Je hebt drie kwartier of een uurtje op een rustig tempo gelopen. Voor je techniek zou het prettig kunnen zijn om nog een keer of vijf even uit dat tempo te gaan en even flink te versnellen. Je spieren zijn al opgewarmd dus het blessurerisico is klein. Met strides dien je nog een kleine snelheidsprikkel toe aan het lichaam zonder dat je veel extra vermoeidheid toevoegt. Zo kun je op lange termijn een hoop verbeteren aan je looptechniek zonder extra trainingen te hoeven doen.

Maak het jezelf niet te zwaar

Let erop dat strides doen wat anders is dan een sprinttraining of een intervaltraining. Bij een sprinttraining ga je voluit en zul je als het goed is zware vermoeidheid voelen. Bij een intervaltraining geef je je lichaam niet zo veel tijd om te herstellen waardoor je je conditie meer aan moet spreken. Het is de bedoeling dat je niet helemaal voluit gaat en je lichaam voldoende tijd gunt om te herstellen. Begin daarom met versnellingen van 15 seconden en bouw uit tot maximaal 30 seconden en geef je lichaam daarna wandel- of dribbelrust van ongeveer een minuut. Herhaal dat 3 tot maximaal 6 keer. Zo heb je wel de voordelen van strides, maar geen extra vermoeidheid.

Volg je Runner's World al op Instagram en Facebook?